Ga naar de inhoud

Ze woonden in het centrum van Groningen. Zochten naar vaarwater voor hun sloepje. Dat bootje ligt nu vredig te dobberen in de vaart voor hun huis in Nij Beets. Op de kofje bij Marjan Bouma en Henk Zwartenkot in Fryslân.


“Wij hebben hier meer contact met onze buurt dan we in Groningen ooit hebben gehad. Als je iets nodig hebt, zijn mensen er echt voor je”, vertelt Marjan Bouma. Ze woonden net in Nij Beets, herinnert zij, en wist nog niet hoe drassig de grond kon zijn. “Ik dacht, even keren met de auto voor het huis, en ja hoor, ik zat vast. Ik liep naar de buurman. Hij heeft een jeep met een grote lijn achterin en hij trok me zo uit de modder. Had ik later nog een keer. Toen heeft een jongen van het loonbedrijf me losgetrokken. Met de trekker, echt, zo behulpzaam.”

De omgeving hier vonden we het mooist!

Marjan Bouma en Henk Zwartenkot woonden in de stad Groningen. Ze wilden bij het water wonen. Marjan: “We hebben een sloepje, en dan ga je kijken. Op verschillende plekken in Friesland. Zo kwamen we terecht in Nij Beets. De omgeving hier vonden we het mooist.”

Maar wacht eens even, Nij Beets, dat doet ook bij ras-Friezen niet direct denken aan een watersportwalhalla.

En het is er zo plat als een dubbeltje, toch?

Henk: “Het is helemaal niet zo plat. We wilden ver kijken, maar ook wat reliëf in het landschap. Als je denkt aan water en toch wat heuvelig, ja, een dijkje. We zagen dat voor ons huis en dachten, daar is ons heuveltje.”

Toch, water en Nij Beets?

Marjan: “Het huis ligt in de bocht van het Nijdjip en de Nije Feart. Het heeft uitzicht op het Sudergemaal en wat ze op z’n Fries zo mooi noemen, fûgeltjeslân, vogeltjesland, een weiland waarmee niks meer gebeurt. Iets verderop ligt het pontje dat Tijnje verbindt met Nij Beets.”

Henk: “We hebben open vaarwater voor de deur waarop je binnen anderhalf uur in De Veenhoop bent. Vandaar vaar je zo door naar Eernewoude. Als de twee sluizen meewerken, ben je d’r binnen een uur.”

Marjan: “Ik heb een skif. Die til ik voor het huis zo in het water en daarna kan ik urenlang roeien. Ik krijg direct een vakantiegevoel als ik op het water zit. We vieren echt het buitenleven.”

Ik krijg direct een vakantiegevoel als ik op het water zit

Natuurlijk, ze hadden voor het buitenleven van Noord of Oost-Groningen kunnen kiezen. Marjan: “Daar is het iets minder leuk bootje varen.” Daarbij, Marjan haar ouders wonen in Stiens, vlak boven Leeuwarden. En Nij Beets ligt een half uur dichter bij Amsterdam dan Groningen. De snelweg, nee, je hoort en ziet die niet, maar die ligt vlakbij. Dat maakt dit onbekende stukje Friesland ook zo bijzonder. Aan het begin van de vorige eeuw woonden er veenarbeiders in plaggenhutten. Hun erbarmelijke leef-, woon- en werkomstandigheden vormden de voedingsbodem voor een felle sociale strijd. En die solidariteit voel je in Nij Beets nog steeds.

Henk: “Het is een heel gemeenschapsgezind dorp, met veel vrijwilligersinitiatieven. Daar vertelde de Buitenstate makelaar ook over. Dat in Nij Beets nog zoveel voorzieningen zijn, opvallend voor zo’n klein dorp met bijna 2000 inwoners. Het heeft ook een tennisbaan en openluchtzwembad dat de inwoners zelf hebben aangelegd. Er wonen veel bouwvakkers en metselaars, en er is een groothandel met bouwmaterialen. De filter- en verwarmingsinstallatie hadden ze niet voorhanden. Daarop besluiten de inwoners een huis te bouwen en te verkopen. Van de opbrengst hebben ze die installatie gekocht.”

Marjan: “Jarenlang was er een Spar-supermarkt. Toen die failliet ging, reed een SRV-man door de streek. Maar die ritjes konden voor hem na een tijdje niet meer uit, waarna het dorp, voor hem, met behulp van crowdfunding een winkelpand regelde. Die winkel is er nog steeds, De Dagwinkel. Superhandig voor de kleinere boodschappen. Andere dingen kopen we als we klaar zijn na het werk in Heerenveen of Leeuwarden. En HelloFresh en Picnic bezorgen hier ook.”

Konden jullie zo in het huis?

Henk: “De boerderij is zoals de meeste huizen in de omgeving gebouwd aan het begin van de vorige eeuw. Er woonde een keuterboertje, denk ik. Hij had een kleine stal waar hij later een varkenshok bijbouwde, dat is nu onze garage. Op sommige plekken in ons huis kun je nog zien waar de koeien of paarden aan de palen hebben vastgezeten, maar dat zijn eigenlijk de enige herinnering aan die tijd.”

Gewoon bovenin beginnen

Marjan: “Het huis was eerder verbouwd tot een vakantiewoning met bovenin allemaal slaapkamertjes. We hebben het gekocht in 2016 en binnenin echt alles gesloopt. Dat hebben we zelf gedaan, een half jaar, met vrienden en kennissen. Gewoon bovenin beginnen. Toen pas merkten we dat de vloer beneden er ook uit moest. In 2018 zijn we in het huis getrokken. Alleen de dakconstructie en buitengevel zijn blijven staan.”

Henk: “Wij hebben de eerste verdieping helemaal opengegooid, en verbouwd tot een woonkeuken.”

Marjan: “Mensen zitten soms op de kop op de fiets, als ze hier langsrijden. Omdat het huis anders is. Het is wit met een flinke dakkapel. Die helemaal doortrekken mocht niet, anders leek het niet meer op een boerderij.”
Over boerderijen gesproken, geen kwalijke luchtjes van de buren?

Marjan: “Drie keer per jaar rijden de gierkarren uit, dan is het jarretiid. Als de wind dan je kant op staat, ja, dat merk je wel. Maar dat hoort erbij, je woont op het platteland.”
Hoe is het wonen in Friesland. Friezen staan bekend om hun spreekwoordelijke nukkigheid.

Henk: “Ik vind dat helemaal niet. Ik merk dat in onze buurtverenging wat voorzichtig wordt gecommuniceerd. Het is hier leven en laten leven.”

Marjan: “Het scheelt misschien dat ik Friezin ben. Veel mensen spreken je aan in het Fries als je langsloopt.”

Henk: “Ze vragen altijd of ik Fries spreek, nee, geen probleem, dat gaan we over in het Nederlands. In onze straat komt de helft van buiten de provincie.”
Jullie zijn helemaal ingeburgerd?

Marjan: “Wij zijn aangesloten bij een wijkvereniging. Dat zijn dertien huizen gelegen aan een straat van twee kilometer. Ook zijn we sinds kort lid van de vogelwacht en daarom bezig met het behalen van een drone certificaat. Met een drone voorzien van een infraroodcamera gaan we straks ’s ochtends heel vroeg het land in. Dan zijn de temperatuurverschillen tussen de vogels en het omringende weiland het grootst en zie je hun nestjes beter dan met je blote oog.”

Henk: “Ik tennis bij de lokale tennisvereniging.”

Marjan: “En ik zit sinds kort in de beheercommissie van het gemaal. Als dat op zaterdag en zondag opengaat, mag ik daarover vertellen.”
Nog toeristische tips?

Marjan: “We hebben sinds corona een hond. Je kunt hier echt uren in alle stilte wandelen. Onbekend is het Natura2000-gebied Van Oordt’s Mersken. Drassige grond op de grens van zand en laagveen, vol pleisterplassen waarin al eeuwen graag eenden en ganzen landen. Mersken is een lokaal woord voor laag grasland. Het is vernoemd naar een ganzoloog. Hij maakte van dat stukje grond het eerste ganzengedooggebied van ons land. En het is de laatste broodplaats van kemphanen.”

Henk: “Het is hier echt fijn buiten wonen.”

Appje sturen?